Logo Monumententoezicht Logo Erm 0toezichtsrapportage

Brandveiligheid

Brandveiligheidsvoorzieningen bij monumenten

Juridische toets

Het doorvoeren van wijzigingen omwille van de brandveiligheid is vergunningplichtig.

Voorzieningen vanwege de brandveiligheid en preventie kunnen negatieve gevolgen hebben voor de monumentale waarden. Getoetst moet worden wat de eventuele consequenties zijn voor het monument en of er eventueel alternatieve oplossingen zijn met een gelijkwaardig veiligheidsniveau.

Een inspectierapport inzake brandveiligheid t.b.v. een gebruiksvergunning constateert slechts tekortkomingen, maar schrijft geen oplossingen voor.

Een inspecteur kan slechts constateren dat een pand niet voldoet aan de brandveiligheidsvoorschriften en hier een melding van maken binnen zijn gemeente. Voor het vinden van maatwerkoplossingen, zeker bij verdergaande interventies als extra vluchtwegen, is veelal een dialoog tussen monumentenzorg en de brandweer noodzakelijk.

Inhoudelijke aspecten

Brandregelgeving doorvoeren bij monumenten is maatwerk.

Een monument moet voldoen aan de minimumprestatie-eisen op het gebied van brandveiligheid in het Bouwbesluit (zelfredzaamheid personen en voorkomen brandoverslag). Er kan vanwege de monumentale waarden bij een vergunning ontheffing worden verleend (ex artikel 1.13 Bouwbesluit), maar aangezien het gaat om veiligheid gebeurt dit in de praktijk zelden.
In geval van nieuwe ontwikkelingen en/of bij het verlenen van een gebruiksvergunning toetsen gemeentelijke bouwplantoetsers (in veel gevallen bijgestaan door brandweerkorpsen) op prestatie-eisen die passen bij nieuwbouw. Voor bestaande situaties kunnen ook andere eisen worden geformuleerd, zodat een monument in mindere mate of niet hoeft te worden aangetast. Daarnaast bestaan er mogelijk alternatieve oplossingen die gelijkwaardig zijn. Over het toetsingsniveau (nieuwbouw of bestaande situatie) en de mogelijkheid van alternatieve gelijkwaardige voorzieningen zal in voorkomende gevallen overleg moeten worden gevoerd tussen de gemeente bouwplantoetsers (in veel gevallen bijgestaan door de brandweer) en monumentenzorg.

  • Aanwijzing
    Maatregelen i.v.m. brandveiligheid kunnen op gespannen voet staan met het behouden van de cultuurhistorische waarden van het monument. Vandaar dat in samenspraak tussen de gemeentelijke bouwplantoetsers (in veel gevallen bijgestaan door de brandweer) en monumentenzorg gekeken moet worden hoe met respect voor het monument, het gebouw voldoende brandveilig is te maken.

Een veel voorkomende discussie betreft het maximaal aantal bezoekers en de vereiste breedte van nooduitgangen, bijvoorbeeld bij horecagelegenheden (Bouwbesluit 2012 Art. 2.108). Als de capaciteit van de bestaande vluchtwegen ontoereikend is moet met een lager bezoekersaantal genoegen worden genomen.

Voorzieningen ten behoeve van brandveiligheid moeten het monument zo veel mogelijk ontzien.

Monumenten vragen in bepaalde situaties om specifieke voorzieningen om zo het gebouw zo veel mogelijk te ontzien. Bijvoorbeeld kunnen in voorkomende gevallen ontruimingsinstallaties (OAI), overdruk trappenhuizen e.d. een monument voldoende veilig maken. In sommige gevallen is een sprinkler installatie noodzakelijk; maar bij een historisch interieur is dit minder wenselijk of zelfs uit den boze. In de praktijk moet gezocht worden naar een balans tussen het behouden van de monumentale waarden en de brandveiligheid.
In veel gevallen is het niet noodzakelijk of mogelijk om standaardoplossingen te gebruiken. Bijvoorbeeld kunnen fluorescerende vluchtwegaanduidingen worden aangebracht i.p.v. verlichte exemplaren die aangesloten zijn op noodverlichting of noodverlichting die is geïntegreerd in de bestaande verlichting kan een uitkomst bieden. Er hoeven dan geen leidingen etc. te worden aangebracht die het (historische interieur van het) monument schaden.

Bij monumentale interieurs zijn poederblussers sterk af te raden.

Bij bijzondere interieurs is aan te bevelen kooldioxide- of schuimblussers te gebruiken, omdat deze - i.t.t. poederblussers - geen schade toe brengen aan onderdelen. Zie ook de handreiking blusmiddelen voor erfgoed van de RCE.

Monumenten hebben bijzondere aandachtspunten met betrekking tot de brandveiligheid.

Monumenten hebben vaak bijzondere aandachtspunten met betrekking tot brandveiligheid. Soms hebben de panden verrassende plattegrondindelingen met variaties in niveau wat het vluchten kan belemmeren en de panden lastiger voor de brandweer te betreden zijn. Daarnaast kunnen de panden brandbare materialen bevatten als hout, riet (stuc op riet), stoffen wandbespanningen, etc. waardoor brand sneller ontstaat en verspreidt. Verder is het mogelijk dat de draagconstructie en compartimenten niet aan de huidige brandwerende eisen (kunnen) voldoen. Bijvoorbeeld houten vloeren of deuren die niet voldoen aan de WBDBO-eisen of monumentale metalen onderdelen, zoals gietijzeren kolommen, die onvoldoende brandwerend zijn.

  • Aanwijzing
    Het doel van de brandveiligheidseisen in het Bouwbesluit is primair het veilig kunnen vluchten van mensen (zelfredzaamheid) en het voorkomen van brandoverslag. Het beperken van schade aan het gebouw (en de monumentale waarden) is geen doel van de regelgeving m.b.t. brandveiligheid. Er kunnen dus geen eisen worden gesteld aan preventie tegen brand met het doel om de monumentale waarden te beschermen. Dat is de verantwoordelijkheid van de eigenaar van het gebouw. Vanuit de WABO kan de monumentenzorg wel eisen stellen om het gebouw brandveilig te gebruiken. Het gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waarbij de kans dat het gebouw door brand extra in gevaar wordt gebracht is verboden.

Adviseer eigenaren/gebruikers de elektrische installatie te controleren.

Veel branden worden veroorzaakt door kortsluiting als gevolg van verouderde elektrische installaties en/of overbelasting van die installaties. Overbelasting is in veel gevallen preventief op te sporen met een infra roodcamera. Onderdelen die overbelast zijn produceren veel warmte en kunnen met een camera worden gesignaleerd. Een eigenaar/gebruiker kan dit als tip aan de hand worden gedaan.

  • Aanwijzing
    Gemiddeld is er iedere drie weken twee keer brand in een rijksmonument. Vandaar dat het goed is om na te denken over preventieve maatregelen om brand te voorkomen. De RCE heeft een speciale website gepubliceerd voor preventiemaatregelen bij monumenten.